“Tv was jong, alles kon”

Zeppos cover.png

“Tv was jong, alles kon”

Peter Van Camp over zijn boek Kinderen van Zeppos

Gepubliceerd door Davidsfonds op 4 januari 2022

Drie jaar lang zwoegde hij aan zijn boek. Urenlang zat hij in de archieven van de VRT om bijna vergeten jeugdfeuilletons opnieuw te bekijken. En hij regelde een heleboel gesprekken met de acteurs van toen, om er toch maar zoveel mogelijk over te weten te komen. Peter Van Camp stelt je trots zijn Kinderen van Zeppos voor, over de magie van het Vlaamse jeugdfeuilleton vanaf de jaren ’50. Hij licht voor onze blog alvast een tipje van de sluier voor je op.

Tekst: Laura Huygen, Coverfoto: Winny Man

Vanwaar het idee om een boek te schrijven over de jeugdfeuilletons van 60 jaar geleden?

Peter: “Drie jaar geleden overleed Frank Aendenboom, een gevierd acteur in de jaren ’90. Tijdens zijn begrafenis werd duidelijk dat hij als groot acteur voor veel mensen Johan uit Johan en de Alverman bleef. Of Senne Rouffaer, die stierf in 2006. Hij deed geweldige dingen, maar voor de mensen was het kapitein Zeppos die gestorven was. Die acteurs bleven daarmee verbonden en de heldennamen van toen klinken veertig jaar later nog steeds vertrouwd. Dat is Vlaamse cultuur. Ik wilde nog zoveel mogelijk zien te weten te komen over die tijd en reeksen van toen, voor er niemand meer over blijft. Eigenlijk zat ik zelf te wachten op een boek daarover. Daarbij ben ik altijd gepassioneerd geweest door tv, Vlaamse fictie en nostalgie. Dus toen ben ik maar in gang geschoten. Al snel werd duidelijk dat er een interessant verhaal achter zat.”

“Zo ontdekte ik dat het steeds dezelfde technische ploeg was die elk jaar terugkeerde, van 1964 tot 1973, om in de zomer een jeugdfeuilleton te draaien. Zo’n kleine ploeg mensen, die samen zoveel betekende en teweegbracht. En dan blijkt dat ook één regisseur, Bert Struys, van 1956 tot 1973 zowat elke reeks regisseerde. Ik kende zijn naam niet, hoewel ik mezelf als tv- en filmkenner beschouw. En veel acteurs keerden elk jaar terug in een andere rol.”

“Volgens Frank Aendenboom legden de jeugdreeksen de basis voor alle latere fictie en tv-reeksen van de VRT.  Die zijn allemaal schatplichtig aan die kleine ploeg die elk jaar de jeugdfeuilletons ging draaien. Dat vond ik een mooi verhaal. En het is niet alleen een opsomming van de reeksen geworden. Ik hoop dat er meer in zit, een stuk tv-geschiedenis van hoe een kleine ploeg mensen elk jaar de lat wat hoger legde en iets totaal nieuws afleverde. Een standaardwerk over de jeugdreeksen en de tv-geschiedenis daarachter.”

Zeppos_Keromar Goerkie en Kelpie  en Timbal  Copyright Jan Nackaerts

Keromar: Goerkie, Kelpie en Timbal. (c) Jan Nackaerts

Wat was er dan zo speciaal aan die jeugdfeuilletons?

“Dat is veel om op te noemen. Er zijn veel technische vernieuwingen voor het eerst in uitgeprobeerd bijvoorbeeld. Elk jaar werd het professioneler. In 1958 maakten ze zo Schatteneiland, gebaseerd op de Britse roman. Daarvoor bouwden ze op een tafel een maquette van een eiland in de Stille Zuidzee. De camera zoomde in op de maquette van dat eiland, zodat duidelijk werd: we zitten in de Stille Zuidzee. (lacht) Of er werd al eens geëxperimenteerd. Ze brachten bijvoorbeeld het verhaal van Reis rond de wereld in 80 dagen van Jules Verne. Toen de hoofdpersonages in de Far West zaten, vonden ze er niets beter op dan een westernfilm die op de BRT lag te verknippen, om dan 40 seconden indianen op een paard in de rechtstreekse uitzending te steken. Niemand viel daar toen over. Tv was jong, alles kon. Van die eerste uitzendingen is helaas niets bewaard gebleven, behalve foto’s.”

“De grote revolutie was in 1961. Toen durfde men eindelijk afstappen van theater dat rechtstreeks uitgezonden werd. Heel Tijl Uilenspiegel werd zo vooraf opgenomen. Zes weken lang trokken ze daarvoor naar Bokrijk, voor de decors. Eerst alles op film zetten en later aan elkaar monteren: ongezien in Vlaanderen. En je moet weten: in 1961 waren er nog geen snelwegen. Wilde je van Antwerpen naar Limburg rijden, dan was je vier uur onderweg. Daarom zetten ze een dorp aan caravans naast Bokrijk waar de acteurs vijf dagen bleven slapen. In het weekend gingen ze dan naar huis. Daarbij hadden veel acteurs geen cameraervaring en last met het feit dat zo’n tv-serie niet in chronologische volgorde wordt gemaakt. De spelregisseur, vaak Senne Rouffaer, moest de acteurs helpen, hen wegwijs maken in het scenario dat scene per scene werd opgenomen.”

“Ik vind die verhalen van de jaren ’60 wel allemaal heel eigentijds. Vlaanderen leefde toen nog onder de kerktoren, maar dat vind je nauwelijks terug in die jeugdreeksen. Ze geven een goed beeld van het Vlaanderen van toen, maar zonder de moraal. Daarbij was het geen kindertheater. De verhalen van de jeugdfeuilletons zaten vaak redelijk complex in elkaar en de acteurs speelden heel naturel. Ze waren de besten van hun tijd. Senne Rouffaer was bijvoorbeeld een gerenommeerde Shakespeare-acteur die tussendoor kapitein Zeppos speelde. Toch deed hij dat met dezelfde sérieux en beroepsernst waarmee hij Shakespeare in het theater zou brengen.”

Zeppos_Johan en de Alverman N_2003_0084_0017 Copyright Louis Artus_Fomu.jpg

Johan en de Alverman (c) Louis Artus_FoMu

“Kinderlijk was het alleszins nooit en ik denk dat kinderen dat wel op prijs stelden. Ze werden niet getutoyeerd, het was geen poppenkast. Tegen 1964 had de doorsnee Vlaming wel een tv, en dat is een van de redenen voor het succes van bijvoorbeeld Kapitein Zeppos. En daarnaast: er was nauwelijks of geen fictie van eigen bodem. Voor volwassenen was er praktisch niets anders, dus ook zij keken mee naar Kapitein Zeppos. De feuilleton werd eerst op woensdag tussen 5 en 6 uur ’s avonds uitgezonden. Het jaar erna werd de opvolger Johan en de Alverman gewoon op zaterdag om half 9 ’s avonds uitgezonden, als entertainment voor het hele gezin. De straten waren leeg toen.”

“En tot ver in de jaren ’70 was de held dan wel altijd een man, maar in Zeppos had je al mooie vrouwenrollen. Zo was er Ariane, een stoere vrouw, die rondreed met een zware motor en paardreed, verleidelijk en sterk. Net als Zeppos zit ze achter de erfenis van de oom aan, tot ze doorheeft dat ze gebruikt wordt door een slechte organisatie die het kasteel wil voor olieboringen, in het Pajottenland nota bene. Ze wordt dan de bondgenote van Zeppos. En zo heeft elke reeks mooie vrouwenrollen, zonder de vrouw die gered moest worden en de held die alles zelf doet. Van meet af aan waren vrouwen redelijk actief bij de plot betrokken en integraal deel van de actie. Dat is mooi en revolutionair, zeker voor die tijd.” 

Waar liep het mis?

“De Kat was het laatste grote succes. Vanaf dan werd de belangstelling voor de jeugdfeuilletons minder. Ze werden minder goed gemaakt dan die van de late jaren ’70. En er was ook veel concurrentie, want plots was er kabeltelevisie. Daarmee kon je gemakkelijk en met goede kwaliteit programma’s in Nederland bekijken. Nederlandse series waren toen trouwens een stuk spontaner, plezanter, gezelliger, kleurrijker, vlotter en creatiever dan die van de VRT. Ook de presentatoren waren minder houterig en durfden al eens wat meer. Tegen dan was Nonkel Bob bij ons al meer Bompa Bob. Hij verloor de feeling, wat er leefde bij de jongeren. En het Nederlandse aanbod was groter.”

Zeppos_De Kat Groep in Buggy FOTO Copyright Jan Nackaerts

De Kat groep in buggy (c) Jan Nackaerts

“Dus voor andere, populaire programma’s schakelden we in de jaren ’70 over naar Nederland, wat zo bleef tot de komst van VTM. Dat vind ik straf. In de jaren ’70 en ’80 keken Vlamingen massaal naar de Nederlandse tv, maar in de jaren ’60 was Nederland jaloers op onze jeugdfeuilletons. Ze snapten niet hoe de kleine, jonge BRT in de jaren ’60 met zo weinig budget zo’n knappe series kon maken. Elk Vlaams jeugdfeuilleton werd dus ook in Nederland uitgezonden, van begin jaren ’60 tot eind jaren ’70. Heel wat Nederlanders kenden daardoor Kapitein Zeppos en Johan en de Alverman.”

“Ik hoorde een verhaal over Paul Verhoeven, de bekendste, meest succesvolle Nederlandse regisseur aller tijden. Hij had in de jaren ’70 heel wat Nederlandse successen en begin jaren ’90 ging hij naar Hollywood. Zijn debuut maakte hij in 1969 met de historische tv-reeks Floris. Hij kwam daarvoor naar hier, om te informeren hoe hij aan zo’n historische jeugdreeks begon. Dat heeft hij me zelf bevestigd.”

“Verder was er één schrijver en een schrijversduo dat elkaar afwisselde van 1958 tot 1977 voor de scenario’s. Om de twee jaar hadden ze een volledig nieuw verhaal klaar dat verfilmd werd. Zij waren de huisscenaristen. Ze verdienden daar niet zoveel mee, maar ze mochten aan de hand van de scenario’s het verhaal uitschrijven in boeken, met foto’s van de series. Zij schreven continu, twintig jaar lang, en bedachten figuren die nu nog altijd Vlaamse klassiekers zijn. Alles kwam eigenlijk uit het brein van maar drie mensen. Dat vind ik echt straf en onderbelicht. Na 1978 waren er nog vier of vijf feuilletons met andere scenarioschrijvers die veel minder ervaring hadden. Tot in 1984 het laatste officiële jeugdfeuilleton werd uitgezonden. Er werd toen overgeschakeld op Merlina, een totaal andere reeks met een totaal andere aanpak: veel goedkoper en met minder buitenopnames. Die speelde echt voor kinderen en was geen vervolgverhaal. Dus in 1984 stopte de traditie, ook door de straffe concurrentie uit Nederland en Amerika.”

Toch was de impact groot.

“Jazeker. Ik denk maar aan Kapitein Zeppos, waar heel wat volwassenen mee naar keken. Het verhaal van een excentrieke, mysterieuze avonturier die in een klein Vlaams dorp belandt en daar de boel overhoop zet. Zeppos, dat was eigenlijk de James Bond van het Pajottenland, een echte held. Het duurde zestien afleveringen vooraleer Zeppos de boeven versloeg. Een groot succes. Maar in aflevering 9 ontvoeren de schurken Zeppos, sluiten hem op in een auto en rijden die wagen het meer in om hem te vermoorden. Hulpje Ben ziet dat er geen luchtbellen meer boven komen. Is Zeppos dood? Redelijk straffe kost voor een jeugdreeks toen, en het zorgde voor een geweldige reactie in heel Vlaanderen. Kinderen spraken op de speelplaats over niets anders. Ouders stuurden brieven naar de kranten of telefoneerden naar de BRT. De baas van de dienst jeugd bij de BRT kon nergens gaan zonder aangeklampt te worden. ‘Maar meneer Vandenabeele, hij is toch niet dood?’ Het was de eerste tv-hype in de jaren ’60. En dan moesten ze twee weken wachten op het vervolg. Uiteindelijk werd het toch duidelijk dat Zeppos ontsnapt was en terugkeerde in vermomming. Heel Vlaanderen opgelucht.”

Zeppos Amficar (cover romanversie De Standaard Uitgeverij)

Zeppos Amficar (cover romanversie Standaard Uitgeverij)

“Als je dan bedenkt dat anderhalf jaar na de uitzending in België Captain Zeppos op de BBC verscheen… Precies zoals het in Vlaanderen was uitgezonden, maar in het Engels gedubd. Want wat waren de Britten jaloers! In Groot-Brittannië konden ze enkel derderangacteurs krijgen voor kinderreeksen, terwijl wij daar topacteurs voor hadden. En dat is zo gebleven tot in de jaren ’70. Daarbij hebben de Britten Zeppos niet enkel overgenomen en gedubd, maar ook uitgezonden in bijna alle landen waar de BBC zusteromroepen had: Canada, Australië, Nieuw-Zeeland, Nigeria, het Iran van de Sjah… De zonen van Senne Rouffaer vertelden dat hij af en toe herkend werd door een buitenlander. Oh, there’s Captain Zeppos! Ook het boek van Kapitein Zeppos is vertaald naar het Engels. En Italië nam Johan en de Alverman (1965) over en dubde dat in het Italiaans.”

“Pas in 1968 kwam er een Zeppos 2. Andere helden konden ook nieuwe avonturen beleven, zoals Axel Nort, maar in de plaats brachten de makers elk jaar iets nieuws en volledig anders. Je kan die mannen er niet van beschuldigen dat ze op hun lauweren rustten en elke keer hetzelfde brachten. Het is een vergeten verhaal bijna, dat succes van die jeugdreeksen. De namen leven wel verder, maar ik ben blij dat ik het verhaal erachter heb kunnen documenteren. Ik hoop echt dat mensen beseffen hoeveel werk er toen is verzet en hoeveel nieuwigheden er geïntroduceerd werden in die jeugdreeksen. Die waren echt een soort van laboratorium van de BRT.”

Nog meer weten over de jeugdreeksen van de BRT? Het boek Kinderen van Zeppos koop je in onze webwinkel. Of volg het webinar met Peter Van Camp tijdens het weekend van Toast Literair, op zaterdag 22 januari 2022 om 14u. 

Labels: Cultuurregio Thema | hoofdthema Thema | subthema Kunst & Cultuur Thema | subthema Mens & Maatschappij Thema | subthema Religie & Zingeving Thema | subthema Taal Vaste organisatie-brede koepelactiviteit


De boeken van Jos Vandervelden

9789022340653.jpg

De mooiste geschiedenis van België

9789002268649.jpeg

Op reis met Vlaamse meesters

9789022340639.jpg

De verborgen geschiedenis van Vlaanderen

9789022340646.jpg

De verloren geschiedenis van Vlaanderen